De positieve kant van autisme

 

Wie autistisch is heeft officieel een `Autistisch Spectrum Stoornis’ (ASS), en de diagnose wordt gesteld aan de hand van kenmerken die in negatieve zin afwijken van wat wordt gezien als normaal’. Dat is een verkeerde voorstelling van zaken.

Naast eigenschappen die als negatief worden gezien (voor de persoon zelf en voor de samenleving), beschikken autisten namelijk ook over eigenschappen die juist in positieve zin afwijken van wat als `normaal’ wordt gezien. Vandaar dat steeds meer mensen autisme zien als `anders-zijn’, en niet als `afwijking’ of `stoornis’.

Tony Attwood, een bekende Australische autisme-expert, heeft daarom al eens voorgesteld om in plaats van een diagnose van autisme te stellen, op basis van negatieve eigenschappen, autisme te ontdekken, op basis van positieve eigenschappen.

Hier is een overzicht van de positieve eigenschappen die hij voorstelt, waarmee je autisme kunt ontdekken bij iemand.

Ik geef hier onder steeds de letterlijke vertaling, gevolgd door opmerkingen van mij.

A. Een kwalitatief voordeel in sociale interactie, in de vorm van 5 of meer van de volgende eigenschappen:

  1. Relaties met leeftijdsgenoten worden gekenmerkt door absolute loyaliteit en betrouwbaarheid. Sylvia: Heb je een relatie met een autist (vriendschaps- of liefdes-), dan hoef je niet bang te zijn voor ontrouw of verraad.
  2. Iemand is vrij van seksistische vooroordelen, en van vooroordelen op basis van leeftijd, cultuur, enzovoort. Mensen worden als individu benaderd. Sylvia: autisten hebben erg weinig de neiging om anderen eigenschappen toe te dichten op basis van een groep waar de ander toe zou kunnen behoren.
  3. Iemand komt voor zijn of haar mening uit, onafhankelijk van de sociale context, en onafhankelijk van eigen vaststaande ideeën. Sylvia: Mensen met autisme hebben een grote neiging eerlijk te zijn tegenover anderen, en ook tegenover zichzelf.
  4. Iemand heeft de vaardigheid om een eigen theorie of perspectief te ontwikkelen, ondanks tegenstrijdig bewijs. Sylvia: ik heb met Tony Attwood gemailed om te vragen wat hij hiermee precies bedoelt. Hij gaf aan: dat iemand heel vastberaden is, en niet gemakkelijk opgeeft of afgeleid raakt terwijl hij of zij bezig is een bepaald doel te bereiken. Zelfs wanneer van het begin af aan duidelijk is dat de kans op succes klein is, gaat de persoon met Asperger door. Dat kan leiden tot doorbraken op terreinen waar neurotypici al lang zouden hebben opgegeven.
  5. Iemand zoekt vrienden of een publiek die enthousiast zijn om te horen of te lezen over unieke interesses en onderwerpen. Sylvia: Een voorbeeld van een publiek zoeken is om een blog rond een bepaald onderwerp op te zetten, of om actief te zijn in een forum rond een bepaald onderwerp.
  6. Iemand heeft oog voor detail, en besteedt tijd aan het bediscussiëren van een onderwerp dat niet van primair belang is. Sylvia: In een gesprek kan er bijvoorbeeld tijd besteed worden aan het bespreken van de precieze betekenis van een woord.
  7. Iemand luister zonder voortdurend te oordelen, en zonder vooronderstellingen. Sylvia: Dit heeft te maken met 2: iemand met autisme beschouwt de ander zoals ie is, en plakt geen eigenschappen op iemand vanwege de groep waar iemand toe behoort. Er is ook weinig neiging tot oordelen.
  8. Iemand interesseert zich vooral voor betekenisvolle bijdragen aan een gesprek. Iemand vermijdt liever rituele smalltalk, triviale constateringen, of oppervlakkige conversatie.  Sylvia: Iemand met autisme zal bijvoorbeeld alleen over het weer spreken als dat van betekenis is (zoals de vraag of het tijd wordt voor winterbanden, of wanneer er een record is gebroken).
  9. Iemand zoekt eerlijke, positieve, echte vrienden, met een niet-aanmatigend gevoel voor humor. Sylvia: Wat Tony Atwood precies bedoelt met niet-aanmatigend is niet echt duidelijk, maar ik denk dat hij vormen van humor bedoelt als zelfspot (in tegenstelling tot Geen-Stijl-achtig lachen om het leed van anderen).

B. Vloeiend in “Aspergerese”, een sociale taal die wordt gekenmerkt door 3 van de volgende punten:

  1. een vastberadenheid om de waarheid te achterhalen, Sylvia: Met “de waarheid achterhalen” bedoelt hij – denk ik – er achter komen hoe dingen in elkaar zitten, hoe dingen werken, wat mechanismen zijn tussen mensen, enzovoort. Een voorkeur voor feiten ook.
  2. gesprekken zonder verborgen betekenis, zonder verborgen agenda’s, Sylvia: Dat is een van de onderdelen van het feit dat mensen met autisme zo betrouwbaar zijn, dat je zo van ze op aan kunt.
  3. een uitgebreide vocabulaire, en een interesse in woorden, Sylvia: De precieze betekenis van een woord is vaak heel belangrijk, en er is bijvoorbeeld ook interesse in de herkomst van woorden. Sommige mensen met autisme leren zichzelf al op jonge leeftijd lezen.
  4. fascinatie met woordgebaseerde humor, zoals woordspelingen, Sylvia: Dat heeft natuurlijk met het vorige punt te maken.
  5. gevorderd gebruik van visuele metaforen, Sylvia: Veel mensen met autisme zijn sterk visueel georiënteerd.
Lost Hope: een visuele woordgrap

C. Cognitieve vaardigheiden, gekarakeriseerd door tenminste 4 van de volgende eigenschappen:

  1. een sterke voorkeur voor details over het geheel, Sylvia: In feite is dit de positieve kant van http://www.sylviastuurman.nl/blog/2012/05/indrukken-filteren/.
  2. een origineel, vaak uniek perspectief bij het oplossen van problemen, Sylvia: Die oplossingen kunnen variëren van reparaties met behulp van wat anderen afval zouden noemen, tot bijvoorbeeld de uitvinding van de Wankelmotor.
  3. een exceptioneel geheugen voor details die vaak vergeten worden door anderen, zoals namen, data, roosters of routines, Sylvia: Heel extreem wordt dat in Rainman geïllustreerd.
  4. een gretig doorzettingsvermogen bij het verzamelen en ordenen van informatie over een bepaald onderwerp, Sylvia: De verzamelingen kunnen een fysieke vorm hebben, maar ook feiten kunnen in het hoofd worden geordend en verzameld.
  5. onophoudelijk denken, Sylvia: Dat gebeurt vaak heel associatief, waardoor de gedachten alle kanten opspringen.
  6. encyclopedische kennis (of ‘CD ROM’ kennis) op een of meerdere onderwerpen, Sylvia: Dat is in feite zo’n geordende verzameling niet-fysieke zaken, in het hoofd.
  7. kennis over routines en een verlangen om orde te houden, en om precies te zijn, Sylvia: Dat houdt niet in dat alle autisten een keurig geordende omgeving hebben. Vaak is er één gebied waar orde wordt gehouden, en lukt het niet om dat ook daar buiten te doen.
  8. helderheid in waarden, beslissingen worden niet beïnvloed door politieke of financiële factoren, Sylvia: Voor mensen met autisme zijn morele waarden leidend bij het nemen van beslissingen (samen met feiten). Eigenbelang speelt daarbij geen rol.
De wankelmotor, van een out-of-the-box uitvinder

D. Mogelijke extra eigenschappen:

  1. intense gevoeligheid voor specifieke zintuiglijke gewaarwordingen en prikkels, bijvoorbeeld horen, aanraken, zien of ruiken, Sylvia: Dat is de positieve kant van http://www.sylviastuurman.nl/blog/2012/05/indrukken-filteren/ .
  2. sterk in individuele sport en spellen, vooral wanneer er uithoudingsvermogen nodig is, of visuele nauwkeurigheid, bijvoorbeeld roeien, zwemmen, bowlen, schaken, Sylvia: met de nadruk op individueel.
  3. “onbezongen held” met een optimistisch vertrouwen in anderen: vaak slachtoffer van sociale zwakten van anderen, en tegelijkertijd steeds er op vertrouwend dat echte vriendschap mogelijk is, Sylvia: Mensen met autisme zijn erg vaak slachtoffers van pesten, en proberen desondanks vriendschappen te sluiten.
  4. een grotere kans dan gemiddeld om na de middelbare school naar de universiteit te gaan, Sylvia: Mensen met autisme gebruiken hun ratio, hun hersenen, voor allerlei zaken waar anderen hun intuïtie of gevoelens voor gebruiken. Hun hersenen worden dus intensief gebruikt. Bovendien zijn ze gretig naar kennis.
  5. zorgt vaak voor anderen die buiten `de normaal’ vallen, Sylvia: Mensen met autisme proberen vaak `buitenbeentjes’ te helpen, vanuit empathie, en vanuit hun rechtvaardigheidsgevoel.
  6. (vanuit de mailwisseling) sterke morele waarden, en vooral ook een sterk gevoel voor rechtvaardigheid.

4 gedachten over “De positieve kant van autisme

  1. Het verhaal hierboven is herkenbaar: het onbegrip van elkaar. Wie is hier nu autistisch? Die vraag!
    Mijn vriend zei tegen een vreemde: ik ken haar ( mij) nu al jaren en ik kan er kop nog staart van maken, van haar.. Hij vond dat ik autistische trekken heb nl. rechtlijnig denk. Ja ik ben een beelddenker, maar ben absoluut geen specialistisch wonder op ander gebied, ja ik ben wel zeer communicatief en tja daar sta je dan…. Daarentegen vond ik hem autistische trekken hebben: slechte niet-communicatie, gevoelens als verlangen of behoefte niet echt kennen ( zo ook benoemd door hem) Aantrekken en erna plots weer afstoten, zich niet begrepen voelen. altijd sudoku’s en herhalen van lezen van dezelfde boeken . veel veel schrijven. Negatieve lijstjes formuleren over mij terwijl we ook dol op elkaar waren.
    Zeer fijngevoelig naar binnen maar hard naar buiten. En vinden dat hij te weinig aandacht kreeg. Dat was zeker niet zo! Een podium zoeken voor zijn speciale hunor waarin ongepaste gevoelige details gewoon naar boven kwamen, niet invoelend welke humor grappige is en welke wrang….etc. Ik was zeer dol op hem ondanks dit alles en nu na zijn recente onverwachte overlijden kunnen we onze miscommunicatie niet meer rechtzetten… Dus pak het op, alleen het is zo een taboe richting elkaar!

    Nog een vraag: erfelijkheid, wat zijn jouw ervaringen?

  2. Ik ben uw website een beetje aan het doorlezen en herken veel dingen bij mijn man.
    Wat ik niet kan matchen is D.5. Er ontbreekt juist vaak empathie.
    Kun je heel snel doorhebben hoe iemand in elkaar zit (ik denk dat dat de analytische kant is), en tegelijkertijd niet in staat zijn lichaamstaal te lezen en dus woorden te letterlijk nemen?

    De boosheid die (in mijn beleving) vaak uit het niets ontstaat, creëert afstand binnen onze relatie. Hij kan om kleine dingen enorm kwaad worden en dan zo hard schreeuwen dat zijn stem overslaat, en hij moet hoesten. Hij roept lelijke dingen en haalt oude koeien uit de sloot. Hij kan het dan zo draaien dat ik de schuldige ben. Als ik zus of zo zou doen, of juist niet zou doen, zou hij niet boos worden etc. Hij kan zijn zaken zo goed beargumenteren dat ik vaak aan mezelf ga twijfelen. Maar uiteindelijk besef ik telkens weer dat boos worden, zijn keuze is, en niet mijn schuld.

    • – De empathie: dat het voor jou lijkt alsof hij geen empathie heeft, ligt aan allerlei zaken. Lichaamstaal is inderdaad erg lastig te interpreteren. Met autistische hersenen bekijk je in feite van alles zonder de context erbij te betrekken. Een traan kan van alles betekenen, en wat precies, kun je alleen weten door de context. En dat is maar één aspect van empathie…
      – de boosheid. In feite kun je hier aan heel mooi zien dat jij andersom ook weinig empathie hebt voor hem 😉 Het is simpelweg heel moeilijk voor jou om je in te voelen in waardoor voor hem die `kleine dingen’ zo belangrijk zijn. Jullie zitten erg verschillend in elkaar, en dan is het heel erg lastig om in te schatten wat er bij de ander aan de hand is!

      Dat schreeuwen: dat doet erg denken aan volledig `overprikkeld’ zijn. Zo veel te verwerken dat het niet meer gaat, en je als het ware op tilt slaat.
      En dan is zijn strategie om te gaan argumenteren; zo heeft hij dat waarschijnlijk al z’n hele leven geprobeerd als hij het gevoel had niet begrepen te worden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

 

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.